Uitspraak betreffende kortgeding “tekort aan roostervrijedagen in roosters van veteranen” bij de RET-NV
Rotterdam, 24 juli 2020
Beste leden van de VOR,
De VOR heeft n.a.v. intern geschil inzake “te kort” aan roostervrije dagen in de roosters van de veteranen werkzaam bij de RET N.V. een rechtszaak gevoerd tegen de RET N.V.
Wij konden dit mede onderbouwen middels roosters van een collega (lid). Deze roosters hebben wij ook als leidraad meegenomen in deze zaak.
De afgelopen maanden hebben wij diverse malen geprobeerd om de organisatie duidelijk te maken dat de berekening die gehanteerd werd volgens de VOR niet klopte. De RET bleef van mening verschillen. Hierop hebben wij dit dossier opgeschaald naar juristen waarmee de VOR samenwerken. De VOR heeft het dossier samen met de jurist goed voorbereid en toen voorgelegd bij de rechtbank.
Begin juli heeft de kantonrechter uitspraak gedaan:
In het kort
- Verklaart dat RET artikel 1.9 van de WRR niet correct is nagekomen.
- Verklaart dat client een aantal roostervrije dagen mist, en deze moeten alsnog worden toegekend.
- Verklaart dat de gemiste roostervrije dagen, niet mogen worden verrekend met te weinig gemaakte uren in de hiervoor genoemde jaren.
Conclusie: De kantonrechter heeft ons volledig in het gelijk gesteld.
Op 1 september is er na aanleiding van deze uitspraak een overleg tussen afvaardiging VOR en
RET N.V. De VOR gaat ervan uit dat de organisatie hier zal aangeven hoe dit zal worden opgelost.
Binnen de RET N.V. zal deze uitspraak gevolgen geven uiteraard houden wij onze leden hiervan op de hoogte.
Het bestuur VOR